Per 1-10-2025 is de nieuwe Europese richtlijn ingegaan dat betaalde politieke reclame niet langer wordt toegestaan. Dit ter voorkoming van ongewenste inmenging en beïnvloeding van verkiezingsuitslagen door derde partijen. De EU-richtlijnen zijn dusdanig rigide dat de grote social media bedrijven elke vorm van betaalde politieke boodschappen of maatschappelijke onderwerpen nu helemaal niet meer accepteren. 

Op Europees niveau zijn deze richtlijnen door de grote politieke allianties bepaald, met een voor hen gunstig neveneffect dat de beginnende of kleine partijen met beperkt of amper budget geen enkele vorm van social media bekendheid meer kunnen krijgen.

De Linie Partij, bekend van haar slogan “Tot hier en niet verder”, is de eerste Nederlandse politieke partij die inzet op de muzikale noot als communicatie met de kiezer. Hiervoor heeft zij de onafhankelijke popgroep De Linie Boys opgericht die specifiek over maatschappelijke problemen zingt. De songs zijn geschreven door Gerard van Hooft tevens lijsttrekker voor De Linie Partij bij de TK2025-verkiezingen. 

Het bekende De Linie Boys-nummer “Ik wil een stekkie” dat over de woningcrisis gaat is een goed voorbeeld. In die protestsong nummer wordt geen enkele politieke statement genoemd of voorkeur voor een partij uitgesproken.

Desalniettemin heeft zowel Facebook, Tik Tok als Instagram geweigerd deze song te laten promoten. 

Deze weigering gaat wel erg ver en riekt naar de facto censuur door de grote media bedrijven. 

Bekende maatschappelijke (protest) songs, zoals “Ben ik te min” van Armand of “The Hurricane” van Bob Dylan zouden dus niet meer in het huidige tijdperk gepromoot kunnen worden. 

De Linie pleit voor een zekere vorm van artistieke vrijheid en wil dat op Europees niveau geregeld hebben.

Oordeel zelf over de inhoud van de songs van De Linie Boys

Gerard van Hooft 

Songwriter De Linie Boys en Lijsttrekker De Linie Partij